vrijdag 13 april 2012

Waarom mannen én vrouwen het glazen plafond niet kunnen vinden






De verschillen tussen mannen en vrouwen, we kunnen er uren over
praten en ruzieën. Maar zakelijk hebben ze in elk geval één ding gemeen:
het glazen plafond kunnen ze beiden niet aanwijzen.

Even terug. Hoe komt het eigenlijk dat mannen en vrouwen zulke andere vaardigheden hebben? Volgens de meest populaire theorie zijn die verschillen al tienduizenden jaren geleden ontstaan, toen we nog in nomadenstammen leefden. De taken waren naar geslacht verdeeld. De mannen gingen op jacht en de vrouwen verzamelden voedsel in de buurt van het kamp omdat zij de kinderen baren en zogen. En hier zou de basis gelegd zijn voor het beter ontwikkelde ruimtelijk inzicht van de man, hij moest immers zijn speer goed kunnen richten. En de vrouw ontwikkelde haar zorgzaamheid reuk- en smaakvermogen.
Tienduizenden jaren evolutie wis je niet zomaar uit. Onze genen en daarmee onze hersenen en aangeboren vaardigheden zijn dus nog steeds ongeveer gelijk aan die van onze prehistorische voorouders.
Een andere theorie is dat de man-vrouw verschillen worden gecreëerd terwijl we opgroeien. Dit wordt ondersteund door testen waaruit bleek dat vaardigheden door beide seksen even goed kunnen worden aangeleerd.
Een combinatie van deze theorieën lijkt het meest waarschijnlijk.

De wetenschap van nu toont het aan: we zijn anders, en onze hersenen verschillen zichtbaar van elkaar.
Onze hersenen bestaan uit twee helften (de linker- en de rechterhersenhelft) en zijn zo ingedeeld dat elke mentale vaardigheid zijn eigen plekje op de hersenschors heeft. Sommige vaardigheden vinden plaats binnen één héél scherp begrensd gebiedje op één specifieke hersenhelft; andere vaardigheden betrekken meerdere hersengebieden, verdeeld over de beide hersenhelften. Diverse studies hebben aangetoond dat deze vaardigheden op verschillende manieren over de vrouwelijke en de mannelijke hersenen verdeeld zijn.

Een voorbeeld hiervan is taalvaardigheid. Taalvaardigheid zit bij beide geslachten overwegend in de linkerhersenhelft, maar de specifieke subonderdelen van taalvaardigheid zijn bij mannen en vrouwen onderling net even iets anders ingedeeld. Zo worden de “technische” aspecten van taal (grammatica, het uitspreken van de woorden enz.) bij vrouwen héél duidelijk door één specifiek en scherp begrensd hersengebied in de linkerhersenhelft bestuurd. Bij mannen liggen deze gebieden zo’n beetje verspreid over de voor- en de achterkant van de linkerhersenhelft. Dit heeft tot gevolg dat vrouwen veel spreekvaardiger zijn dan mannen, omdat de hersengebieden die zij daarbij gebruiken veel exclusiever voor taal zijn “gereserveerd” dan bij mannen. Daarnaast kunnen de vrouwelijke “spraakgebieden” ook beter en sneller met elkaar samenwerken, omdat ze veel dichter bij elkaar liggen dan in het mannelijke brein.

Dat vrouwen veel makkelijker hun emoties onder woorden kunnen brengen hangt hier ook nauw mee samen: bij mannen is het namelijk zo dat de hersengebieden die de spraak aansturen en degene die emoties analyseren, op andere hersenhelften liggen. Bij vrouwen overlappen deze gebieden elkaar meer waardoor emotionele informatie veel makkelijker “beschikbaar” is voor de hersengebieden die het onder woorden kunnen brengen.
Over het algemeen zijn de hersenhelften bij de man (in vergelijking met de vrouw meer van elkaar gescheiden in twee afzonderlijke delen die ieder hun eigen 'takenpakket'hebben. Het voordeel hiervan is dat de man binnen één specifieke taak meestal snel kan reageren en zich ok niet zo snel van die taak laat afleiden: alle benodigde hersengebieden liggen namelijk lekker dicht bij elkaar an de informatie kan daar snel en doelgericht tussen schakelen, zonder dat daar 'storende' informatie uit allerlei andere hersengebieden tussen kan komen.

Kortom, we zijn anders. En dat is eigenlijk maar goed ook! 
In relaties willen we elkaar veranderen en in het bedrijfsleven zijn de functies nog altijd niet gelijk verdeeld. Maar waarom vrouwen eigenlijk haar op de tanden hebben om te slagen in het zakenleven en waarom willen we metromannen in huis?
Wordt het niet eens tijd dat we ophouden met verwijten en verklaren?
Zullen we eens simpelweg altijd gebruik gaan maken van onze eigen typisch mannelijke en vrouwelijke eigenschappen en vooral die van elkaar? Dan zijn we ineens een stuk interessanter, vind je niet?
Klik hier voor een vermakelijke uitleg van Mark Gungor.

 
Mannen en vrouwen bezien de wereld met andere ogen. Een man ziet alles - ook de onderlinge relatie van dingen - als iets ruimtelijks, alsof hij stukjes in een puzzel aanlegt. Vrouwen hebben letterlijk een groter, breder blikveld en zien details. Maar de puzzelstukjes en hun verhouding tot elkaar zijn belangrijker dan de positie ervan in ruimtelijke zin.
Het mannelijk bewustzijn houdt zich bezig met het behalen van resultaten, het bereiken van doelen, status en macht, en het verslaan van concurrenten.
Het vrouwelijk bewustzijn richt zich op communicatie, samenwerking, harmonie, liefde, verbondenheid en onderlinge relaties.
Dit contrast is zo groot dat het een wonder mag heten dat mannen en vrouwen er zelfs maar over denken samen door het leven te willen gaan.
uit: Allan en Barbara Pease in “Waarom mannen maar één ding tegelijk kunnen…en vrouwen aan een stuk door praten"